Rechterlijke onafhankelijkheid
Paperback Nederlands 2023 1e druk 9789464662061Samenvatting
Onafhankelijke rechtspraak is een van de hoekstenen van de rechtsstaat. De rechterlijke onafhankelijkheid is stevig verankerd in de Belgische en Nederlandse rechtscultuur, maar zij is niet af. Bovendien laten recente ontwikkelingen in en buiten Europa zien dat het hoog houden van onafhankelijke rechtspraak niet vanzelfsprekend is.
Dit boek analyseert de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht en de rechtspraak in Nederland en België. De auteurs benaderen die onafhankelijkheid vanuit diverse invalshoeken, zoals institutionele onafhankelijkheid, benoemingen, toedeling van zaken, individuele onafhankelijkheid, tuchtprocedures.
In een eerste hoofdstuk bespreken Paul Lemmens en Raf Van Ransbeeck de onafhankelijkheid van de rechter en de rechtsprekende macht in België. Ria Mortier formuleert in het tweede hoofdstuk enkele bedenkingen bij die analyse. Het derde hoofdstuk is van de hand van Tamara Trotman en Paul Bovend’Eert en bespreekt de rechterlijke onafhankelijkheid in Nederland: stevige waarborgen, maar ook kwetsbaarheden. In hoofdstuk vier volgt daarop een repliek van Marc de Werd.
De auteurs
- Paul Lemmens, staatsraad, tot voor kort rechter aan het Europees Hof voor de Rechten van de Mens en em. hoogleraar aan de KU Leuven
- Raf van Ransbeeck, raadsheer in het Hof van Beroep in Brussel en directeur van het Instituut voor Gerechtelijke Opleiding
-T amara Trotman, raadsheer bij de Hoge Raad der Nederlanden en voorzitter van de stichting Rechters voor rechters
- Paul Bovend’Eert, hoogleraar Staatsrecht aan de Radboud Universiteit Nijmegen
- Ria Mortier, eerste advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie
- Marc de Werd, senior raadsheer in het gerechtshof Amsterdam en hoogleraar Rechtspleging aan de Universiteit van Amsterdam.
Het boek kwam tot stand in samenwerking met de Nederlandse Juristenvereniging en de Vlaamse Juristenvereniging.
Specificaties
Lezersrecensies
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 1. De onafhankelijkheid van de rechter en de rechtsprekende macht in België 1
Paul Lemmens en Raf Van Ransbeeck
I. Inleiding 1
II. De onafhankelijkheid van de rechter 4
A. Benoeming van rechters (en plaatsvervangende rechters) 4
1. De rechterlijke orde 4
a. Inleiding en situering 4
b. De rol van de Hoge Raad voor de Justitie bij de benoemingen 6
c. Het examen gerechtelijke stage, het examen beroepsbekwaamheid en het mondeling evaluatie-examen 7
d. De benoeming van plaatsvervangende rechters 10
e. Uitzondering: rechters in ondernemingszaken en rechters in sociale zaken 13
2. Administratieve rechtscolleges 14
3. Grondwettelijk Hof 16
B. Uitoefening van het ambt 17
1. Toebedeling van zaken 17
2. Inhoud van het vonnis 21
3. Interne organisatie van het rechtscollege en betrekkingen met collega’s 23
4. Nevenactiviteiten 27
5. Terbeschikkingstelling en overplaatsing 32
C. Tuchtprocedure 36
1. Historiek 36
2. Tuchtorganen 38
3. Rechtspleging 42
4. Openbaarheid van de tuchtrechtspraak 45
5. Conclusie 47
III. De onafhankelijkheid van de rechtsprekende macht 48
A. Onafhankelijkheid van de rechtsprekende macht ten opzichte van de wetgevende macht 48
1. Inmenging van de wetgever in de rechtsprekende functie 48
2. Verplichting voor de wetgever om de nodige maatregelen te nemen opdat de rechtscolleges hun opdracht kunnen vervullen 49
B. Onafhankelijkheid van de rechtsprekende macht ten opzichte van de uitvoerende macht 50
1. Inmenging van de regering in de rechtsprekende functie 50
2. Beheer van de rechterlijke organisatie 55
a. Algemeen 55
b. Beheersstructuren 56
1) Centraal: de Colleges 56
2) Op lokaal niveau: directiecomités 57
c. Beheersmodel: beheersovereenkomsten en beheersplannen, financieel beheer, controle 58
d. Controle op het gebruik van de toegekende middelen 60
e. Conclusie 61
IV. Algemene conclusie 62
Hoofdstuk 2. Rechterlijke onafhankelijkheid in België: Enkele reflecties 65
Ria Mortier
Hoofdstuk 3. Rechterlijke onafhankelijkheid in Nederland: stevige waarborgen, maar ook kwetsbaarheden 71
Tamara Trotman en Paul Bovend’Eert
I. Inleiding: rechterlijke onafhankelijkheid in de rechtsstaat 71
II. Benoeming van rechters (en plaatsvervangende rechters), gerechtsbestuurders en leden van de Hoge Raad 76
A. Selectie en benoeming nieuwe leden van de rechterlijke macht 76
B. Benoeming leden van het gerechtsbestuur en van de Raad voor de rechtspraak 81
C. Benoeming leden van de Hoge Raad 86
D. Reflectie: terug naar de Europese Commissie en hoe nu verder? 90
III. Nevenbetrekkingen, nevenfuncties en incompatibiliteiten 92
IV. Tuchtprocedures: in hoeverre in handen van de magistratuur zelf? 100
V. Externe en interne functionele onafhankelijkheid van de rechter 108
VI. Interne organisatie van de rechterlijke macht – Bedrijfsvoering,
VII. Interne organisatie – Betrekkingen met collega’s 115
VIII.De toedeling van zaken aan rechters binnen het gerecht 117
IX. Institutionele onafhankelijkheid en stelselverantwoordelijkheid van de minister van Justitie en Veiligheid 121
Hoofdstuk 4. Rechterlijke onafhankelijkheid in Nederland: Repliek 129
Marc de Werd
I. Zaakstoedeling 130
II. Stelselverantwoordelijkheid 131
Rubrieken
- advisering
- algemeen management
- coaching en trainen
- communicatie en media
- economie
- financieel management
- inkoop en logistiek
- internet en social media
- it-management / ict
- juridisch
- leiderschap
- marketing
- mens en maatschappij
- non-profit
- ondernemen
- organisatiekunde
- personal finance
- personeelsmanagement
- persoonlijke effectiviteit
- projectmanagement
- psychologie
- reclame en verkoop
- strategisch management
- verandermanagement
- werk en loopbaan