Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Recensie

Focus op organisatiecultuur

Ondanks alles wat erover is geschreven, blijft organisatiecultuur een wat ongrijpbaar, maar alom aanwezig fenomeen, dat het functioneren en de resultaten van organisaties diepgaand beïnvloedt. Geen wonder dat de management- en advieswereld tuk is op instrumenten waarmee de organisatiecultuur benoembaar en meetbaar kan worden gemaakt.

Marjolein van Offenbeek | 18 mei 1998 | 3-4 minuten leestijd

 Het in dit boekje centraal staande meetinstrument, de FOCUS-vragenlijst, is de opvolger van de bekende VOKIPO-lijst en werd ontwikkeld aan de Vrije Universiteit Amsterdam en de Katholieke Universiteit Leuven. Met het meetinstrument worden de vier cultuuroriëntaties uit het concurrerende-waardenmodel van Quinn gemeten: de ondersteunende, de innovatieve, de regel- en de doeloriëntatie.

De vragenlijst bedoelt zowel de organisatiecultuur (normen en waarden) als het klimaat (gedrag) te meten. Hoewel over de praktische waarde van dit onderscheid tussen cultuur en klimaat verschillend kan worden gedacht, geven de auteurs in ieder geval duidelijk aan hoe en waarom zij dit onderscheid hanteren.

De gebruikswaarde van de FOCUS-lijst is er onder meer in gelegen dat het eraan ten grondslag liggende model van Quinn niet alleen betrekking heeft op organisatiecultuur, maar ook op de stijl van leidinggeven, effectiviteit, structuur, communicatie en personeelsbeleid. Derhalve kan het diagnose-instrument worden ingezet bij het beantwoorden van diverse met cultuur samenhangende organisatievraagstukken. In dit boek wordt het Nederlandstalige deelproduct van jaren internationaal onderzoek (12 landen) aan het bredere publiek gepresenteerd. Hiermee is het onmiskenbaar een boek dat door wetenschappers voor de praktijk is geschreven. Tegelijkertijd willen de auteurs echter ook de student bedienen, waardoor af en toe een wat docerende toon wordt opgezet. Tevens verzuimen zij daarbij een beroep te doen op de ervaringen van de practicus. Dit wordt mijns inziens ruimschoots goedgemaakt door de aangereikte voorbeelden en de door de bank genomen makkelijke leesbaarheid, waarbij zij erin geslaagd zijn weinig concessies te doen aan de complexiteit van de materie.

Het theoretische deel van het boek biedt een rijke en inzichtelijke beschrijving van het concurrerende-waardenmodel, welke zeker ondersteuning zal bieden bij het zich eigen maken van het model en bij het beoordelen van de cultuur in een organisatie. De sleutelparagrafen 2.5 en 2.6. bieden aantrekkelijk beschreven, direct toepasbare beoordelingskaders. Daarna volgt een snelle blik in de keuken van het internationale onderzoeksproject op die punten die interessant zijn voor (toekomstige) gebruikers van het model. Er komt veel kijken bij zo'n project en het lezen van dit hoofdstuk versterkt de indruk dat we hier niet te maken hebben met een in elkaar geflanst lijstje, maar met een degelijk product van sociaal-wetenschappelijke origine. De schrijvers hebben de lezer echter niet lastig willen vallen met meettechnische gegevens, bijvoorbeeld over de betrouwbaarheid van de schalen en het onderscheidend vermogen van de test. Wie zich een eindoordeel over de kwaliteit van deze test wil vormen, moet andere publicaties raadplegen. Het methodische deel over de toepassing van het model geeft praktische aanwijzingen voor organisatieonderzoek en de rol van de FOCUS-lijst daarbinnen, en noemt valkuilen.

De lezer wordt gestimuleerd zich over enkele, belangrijk gebleken zaken, zoals het instructie- en analyseniveau, nog eens goed achter de oren te krabben. Vijf praktijkstudies beslaan de laatste vijftig pagina's van het boek. Achtereenvolgens komen een cateringbedrijf, een multinational, een openbaar nutsbedrijf, een psychiatrisch centrum en een bank aan de orde. Deze praktijkvoorbeelden laten zien dat het model gebruikt kan worden bij veelsoortige diagnosevraagstukken. Terecht laten de auteurs naar voren komen dat het uitdelen van vragenlijstjes alleen een onvoldoende basis biedt voor cultuurdiagnose.

Aanvullende gegevens, bijvoorbeeld uit interviews en feedback-sessies, zijn nodig bij de interpretatie van de gegevens verkregen uit de vragenlijst. Focus op organisatiecultuur is een uitstekende introductie tot (het gebruik van) het concurrerende-waardenmodel. Als op zichzelf staande inleiding over het verschijnsel organisatiecultuur vind ik het boek niet geschikt. Daarvoor schiet het inleidende hoofdstuk, met name in de breedte, tekort. Zo is het jammer dat de FOCUS-vragenlijst niet gepositioneerd wordt ten opzichte van andere cultuurinstrumenten die op de (Nederlandstalige) kennismarkt verkrijgbaar zijn.

Over Marjolein van Offenbeek
Mw. Dr M. van Offenbeek is werkzaam als universitair docent Organisatiekunde bij de faculteit bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen.

Deel dit artikel

Wat vond u van dit artikel?

0
0

Boek bij dit artikel

Jaap van Muijen, Paul Koopman, Karel de Witte
Focus op organisatiecultuur

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden