De statistieken zijn ontluisterend: in internationale vergelijkingen scoort Nederland, met 27% vrouwen in senior managementposities, als laagste, naast Pakistan. In het hogere echelon van de top-100 ondernemingen in Nederland blijkt het aandeel van vrouwelijk toppers nog beroerder: hoger management 4,8%, raden van bestuur / directies 3,3% en raden van commissarissen 6,1% (cijfers 2003). Er moet dus iets zijn waardoor vrouwen, en dan met name Nederlandse vrouwen, niet tot de top van het bedrijfsleven weten door te dringen. Onderzoek toont aan dat bedrijven met een hoog percentage vrouwen in de top beter presteren dan bedrijven waar de vrouwen slecht vertegenwoordigd zijn. Alleen al dit argument zou voor vele bedrijven reden moeten zijn nog eens goed te kijken hoe de diversiteit in het eigen management is geregeld. Ook het feit dat wij het managementpotentieel van bijna de helft van onze bevolking niet adequaat inzetten in onze concurrentiestrijd met andere landen is toch een verontrustende ontwikkeling. Gelukkig, dit boek gaat niet zozeer over de verschillen tussen vrouwelijke en mannelijke managers maar over wat je als (vrouwelijke) manager moet doen om de top te bereiken. Als er iets is waar de 25 geïnterviewde topvrouwen een hekel aan hebben is het te worden aangesproken op hun vrouw zijn, in plaats van op hun topfunctie. De persoonlijke verhalen van deze topmanagers en -ondernemers worden door de Van Zanten zorgvuldig geplaatst in verschillende contexten waarbij aandacht is voor maatschappelijke, culturele en economische invloeden. Want al snel wordt duidelijk dat de persoonskenmerken voor een mannelijke topmanager niet veel anders zijn dan die van een vrouwelijke, de omgevingsfactoren drukken echter wel een zware stempel op de kansen voor vrouwen om de top te bereiken. Daarnaast worden de verschillen niet zozeer bepaald door sekse maar meer door nationaliteit, leeftijd, situatie, organisatiecultuur of leiderschapsopvatting. Mevrouw, mijne heren'' is ingedeeld in een 10-tal hoofdstukken met een eigen thema die in principe los van elkaar gelezen kunnen worden. Een aantal thema''s die aan bod komen zij: - Het ambitieniveau: ligt sowieso laag in Nederland ten opzichte van andere Europese landen, maar bij vrouwen nog lager dan bij mannen; - Hoe geef ik sturing aan mijn carrière: lijnervaring is een must en ontbreekt vaak bij vrouwen; - Het glazen plafond: bestaat het wel en hoe uit het zich. Waarom haken vrouwen af? - Wat zijn de spelregels aan de top: over het omgaan met de dominante mannelijke cultuur en het inzetten van je'vrouwelijkheid'; - Wat is de eigen stijl van de topvrouw: over de 'warme hardheid', een koppeling van harde managementvaardigheden aan vrouwelijke waarden; - De zorg-werkcombinatie: de barrière die veel vrouwen zelf vormen door primair te kiezen voor het gezin, part-time werken en toegeven aan de sociale druk. Ook worden een aantal mannelijke toppers gevraagd naar hun visie op het gebrek aan topvrouwen in het Nederlandse bedrijfsleven. Duidelijk wordt dat er op dit moment juist wel behoefte is aan het type manager met meer vrouwelijke eigenschappen, alleen zijn er op dit moment gewoon niet genoeg (full-time) vrouwen die over de benodigde kwalificaties beschikken om door te stromen. N.B. In 2003 werkt in Nederland 66% van de vrouwen part-time. En ja, een part-time baan geeft nu eenmaal geen toegang tot de top. Tot slot sluit Van Zanten af met een aantal handige tips: De routekaart voor de top. Een handig hulpmiddel voor elke manager (m/v) om de top te bestormen. De journalistieke achtergrond van Van Zanten komt tot uiting in de vlotte opbouw van het boek (in MTV ritme) aangevuld met gedegen onderbouwingen door relevante publicaties, nationale en internationale onderzoeken, amusante anekdotes en aanvullende intermezzo's. Elk hoofdstuk wordt afgesloten met een diepte-interview met een van de 25 top-vrouwen. Niet alleen qua onderwerp maar ook qua stijl sluit het boek hiermee goed aan op hedendaagse tijdsgeest. In de week dat ik dit boek las, las ik in de Telegraaf over een onderzoek dat is gedaan onder vrouwen en de keuze voor hun partners. Vrouwen boven de 50 zochten vooral een maatje, vrouwen tussen de 30 en 40 vooral een betrouwbare partner, vrouwen tussen de 20 en 30 jaar zijn vooral op zoek naar een man met verzorgende eigenschappen, die goed kan koken. Kortom, de nieuwe generatie vrouwen is er klaar voor...
Recensie
Mevrouw, mijne heren
Zijn er grote verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke topmanagers? Zo op het eerste gezicht zijn de kwaliteiten die aan een topmanager worden gesteld niet voorbehouden aan enkel mannen. Nederland kent een hoge arbeidsparticipatie van vrouwen, maar zien we de dames ook terug in de directie? Wie daar benieuwd naar is kan 'Mevrouw, mijne heren' ter hand nemen.
Julian Breed
|
3 maart 2006