Managers zullen zich moeten realiseren dat iedere werknemer anders is, en dat de Coronacrisis bij veel mensen een mentale tol heeft geëist, waardoor de batterij even op is. Het goede nieuws: er is wel wat aan te doen.
De afgelopen maanden zijn onze normale routines verstoord: werk, thuis en school liepen in elkaar over. We waren continu aan het improviseren en videobellen en velen maakten zich zorgen om de toekomst. Werknemers met jonge kinderen probeerden de hele dag te multitasken met het combineren van thuisonderwijs met werken, en velen ervoeren waarom een inspirerende werkplek het de moeite waard maakt om naar kantoor te gaan. Het blijkt toch niet zo ideaal om wekenlang zonder de fysieke nabijheid van collega’s op dezelfde plek te moeten werken als waar je normaal ontspant. Kortom: voor de concentratie (en daarmee de productiviteit) waren de afgelopen weken ronduit problematisch.
Om eerlijk te zijn: de omstandigheden voor geconcentreerd werken in de tijd vóór de Corona-crisis waren ook niet ideaal. Veel werknemers zaten in de jungle van de kantoortuin en werden de hele dag overspoeld met belletjes, mailtjes, appjes en langslopende collega’s. Mentale vermoeidheid, gillende deadlines, stress door de continue stroom van informatie en afleiding zorgden voor een chronisch gebrek aan concentratie.
Maar nu we langzaam maar zeker terugkeren naar kantoor, hebben we een kans om het beste van de twee werelden met elkaar te combineren. Wie thuis kon werken, heeft immers ook ervaren hoe fijn het is om je eigen ritme te kunnen bepalen. Hoe goed het werkt om de keuze te hebben om tussen twee belletjes door even op de racefiets te stappen voor een mooie tocht. Het zou zonde zijn als de terugkeer naar kantoor betekent dat we onszelf weer opsluiten in de kantoren en die flexibiliteit verliezen. De managers van Nederland spelen een cruciale rol in deze stap: zij zullen zich moeten realiseren dat elke werknemer behoefte heeft aan een werksituatie die past bij zijn of haar individuele ‘cognitief profiel’.
Elk brein is namelijk anders en de gemiddelde werknemer bestaat niet. Waarbij de een prima gedijt in het rumoer van de kantoortuin, wordt een ander al afgeleid door het ratelen van een printer. Er bestaat niet zoiets als de ideale werkplek, er zijn nu eenmaal grote verschillen in hoe iemand zich optimaal kan concentreren en het is hoog tijd dat organisaties daar rekening mee gaan houden. (Hier gaan de meeste boeken over productiviteit overigens ook de mist in: ze gaan ervan uit dat ieder brein hetzelfde is en komen met concrete optimale werkschema’s – die voor veel mensen gewoon niet werken).
Er is echter één eigenschap van ons brein waarvoor waarschijnlijk minder individuele verschillen bestaan: de batterij is nu even op. De afgelopen periode was voor veel mensen erg ingewikkeld en stressvol. Het is daardoor niet verstandig nu te verwachten dat men direct weer volle bak aan de slag kan. Veel medewerkers zijn de afgelopen weken waarschijnlijk grotendeels op adrenaline doorgekomen en daar zullen we van moeten herstellen. Als iets belangrijk is voor goede concentratie is het accepteren dat het soms niet lukt. Het is heel goed mogelijk dat je door het minste geringste al afgeleid zult zijn wanneer je weer achter je bureau zit. Dat is logisch: het brein heeft tijd nodig om te herstellen van deze heftige periode. Gun jezelf, je werknemers en je collega’s dan ook de tijd om de batterij weer op te laden (en als je praktische, wetenschappelijk onderbouwde tips nodig hebt voor hoe je dat kunt doen; lees mijn boek Grip op je aandacht). Pas dan kunnen we ons weer optimaal concentreren, of dat nou thuis is of op het kantoor.
Stefan van der Stigchel is hoogleraar cognitieve psychologie aan de Universiteit Utrecht en hoofd van het AttentionLab, dat onderzoekt hoe aandacht en visueel bewustzijn onze perceptie van de wereld beïnvloeden. Hij is een veelgevraagd spreker, zowel voor lezingen als in de media, en is daarnaast lid van De Jonge Akademie, een platform van jonge wetenschappers. Zojuist is zijn boek Grip op je aandacht verschenen bij Maven Publishing, zijn eerder boeken Concentratie en Zo werkt aandacht zijn zojuist wereldwijd verschenen bij MIT Press.
Over Stefan van der Stigchel
Stefan van der Stigchel is hoogleraar Cognitieve Psychologie aan de afdeling Experimentele Psychologie van de Universiteit Utrecht. Ook is hij hoofdonderzoeker van de onderzoeksgroep AttentionLab. Hij is is auteur van de boeken Zo werkt aandacht, Concentratie en Grip op je aandacht. Zijn werk werd in vele landen vertaald en in het Engels uitgegeven door MIT Press.