Op werkdagen voor 23:00 besteld, morgen in huis Gratis verzending vanaf €20

Recensie

Boek vol inspiratie voor moreel organiseren

Gelukkige organisaties bestaan niet. Een organisatie is immers slechts een abstractie, een construct dat enkel in ons hoofd bestaat. Toch koos Raymon Geurts ervoor zijn boek die titel mee te geven: De gelukkige organisatie (‘Organisatieontwikkeling vanuit betekenis’).

Bert Peene | 19 februari 2020 | 4-5 minuten leestijd

Betekenisvol organiseren is een populair thema in de hedendaagse managementliteratuur; misschien wel een van de populairste. Voor veel lezers was Simon Sineks Start with Why (uit 2009) waarschijnlijk de eerste kennismaking, en anders was het wel Verdraaide organisaties van Wouter Hart dat drie jaar later verscheen. Intussen zijn nog talloze boeken verschenen waarin met kracht een nieuw organisatieparadigma wordt bepleit, namelijk dat van een organisatie waarin mensen vanuit hun diepste kracht handelen, alle aanwezige kracht in hun organisatie benutten en daarmee maximaal betekenis hebben voor klanten, de maatschappij en voor zichzelf. Systemen, organisatieprincipes en –structuren worden middelen om de maatschappelijke meerwaarde  zo goed mogelijk te realiseren.

Het thema heeft één opvallend facet: streven naar een ‘gelukkige organisatie’, om maar bij de metafoor van Geurts te blijven, blijkt in de praktijk een kansloze missie. Daarover zijn alle auteurs het eens. De uitdaging is dan ook niet om zo snel mogelijk op de plaats van bestemming te komen; het geluk ligt in het op reis zijn. ‘Met steeds minder zekerheden, maar met het kompas van je eigen waarden en levensdoelen,’ aldus Geurts. Paul Stamsnijder komt in zijn onlangs verschenen boek Purpose (‘Het verhaal van de moraal’) tot dezelfde conclusie: de dynamiek rondom een organisatie is te groot – het buzzword in dit verband is ‘VUCA’ – financieringsstromen kunnen opdrogen, wet- en regelgeving veranderen, nieuwe concurrenten kunnen de markt betreden en een innovatie kan de relevantie van de organisatie onder druk zetten. Ben je net lekker op weg, word je zonder pardon teruggeworpen en kun je weer (bijna) van voren af aan beginnen. De ontwikkeling van betekenisvol organiseren is een queeste, een lange, avontuurlijke reis met grote hindernissen, die uiteindelijk geen Gulden Vlies of heilige Graal oplevert, maar enkel wijsheid; dat dan weer wel.

In zekere zin is dat ook Geurts’ doel. Hij draagt zijn boek op aan die bestuurders en managers die zich ervan bewust zijn dat een fundamentele omslag nodig is in ons denken en in de manier waarop we organisaties inrichten. Betekenisvol organiseren vraagt om moreel leiderschap. Leiderschap dat niet wordt gevoed door prestige en ego, maar door de behoefte maatschappelijke meerwaarde te leveren. De leiders die dat paradigma omarmen, wil hij helpen te komen tot een zorgvuldige organisatieontwikkeling, die tot meer maatschappelijke betekenis leidt. Daartoe heeft hij zijn boek zo opgebouwd dat de lezer – die bestuurders en managers dus, maar ook professionals van binnen en buiten de organisatie – het traject van organisatieontwikkeling op de voet volgt. Als een stappenplan dus eigenlijk, hoewel Geurts dat woord niet wil gebruiken.

Dat de ontwikkeling van moreel organiseren een reis met hindernissen is, weten we inmiddels. Een van die hindernissen is het wantrouwen dat volgens Geurts ingebakken zit in de cultuur van veel (de meeste?) organisaties. Medewerkers zijn moedeloos; hun gedrag wordt gekenmerkt door afhankelijkheid en dat komt vooral door het gedrag van hun leidinggevenden. Dat is volgens Geurts verre van consistent te noemen; het adagium ‘practise what you preach’ blijkt aan hen niet besteed. Dat maakt medewerkers cynisch en dat is jammer, want mensen willen er graag toe doen en op een positieve manier verbonden zijn met de organisatie en met elkaar. Wederkerigheid, dat is wat mensen zoeken. Daartoe is een transitie nodig, een systemische ontwikkeling waarin de organisatie werkt aan haar ‘zichtbare bovenstroom’. Vervolgens moet een transformatie plaatsvinden, een ontwikkeling van alle individuen in de organisatie. Dat zijn ook de hoofdlijnen in Geurts’ boek: van wantrouwen naar vertrouwen en van vertrouwen naar zelfvertrouwen.

De auteur maakt op een toegankelijke manier duidelijk welke stappen nodig zijn om tot betekenisvol organiseren te komen. Ik kan me daarom best voorstellen dat in sommige recensies sprake is van ‘een betekenisvol boek’.  Dat neemt niet weg dat ik een paar kritische kanttekeningen toch wel op zijn plaats vindt. Geurts’ boek leunt bijvoorbeeld zwaar op zijn eigen praktijkervaringen, waardoor sterk de indruk gewekt wordt van one size fits all. En dat geldt volgens mij toch al weer een tijdje als not done, in ieder geval binnen de serieuzere managementliteratuur. Successen behaald in het verleden, en dan ook nog door iemand anders, bieden immers geen enkele garantie dat ze door u kunnen worden gekopieerd. Daarnaast mis ik een stevige veranderkundige onderbouwing van Geurts’ betoog. Onderzoek heeft duidelijk gemaakt dat veranderaanpakken die gebaseerd zijn op wetenschappelijk bewezen of in ieder geval evidence informed inzichten, vele malen effectiever zijn dan aanpakken die enkel iemands praktijktheorie als basis hebben. En dat lijkt hier het geval te zijn. Dat maakt van De gelukkige organisatie een boek dat (nogmaals) het belang van organisatieontwikkeling vanuit betekenis onderstreept en eventueel inspireert om zelf die richting op te gaan. Niet minder, maar ook niet meer. Want voor het nemen van de hobbels die je daarbij onderweg tegenkomt, heb je andere bronnen nodig.

Over Bert Peene

Bert Peene werkte jarenlang als kerndocent bij IMAGO Groep, Via Vinci Academy en C-Lion, opleiders voor het onderwijs. Daarnaast voerde hij als zelfstandige opdrachten op het gebied van organisatieontwikkeling uit in profit en non-proft. Tegenwoordig werkt hij als free lance docent en schrijft hij voor diverse bladen over managementliteratuur.

Populaire producten

    Personen

      Trefwoorden