strong>Ik ben een fan van Kus de Visie Wakker. En ik was het er stiekem niet helemaal mee eens dat Leidinggeven aan Professionals? Niet doen! (als medegenomineerde) Managementboek van het Jaar 2008 is geworden. Totdat ik het las. Ik blijf fan van Geelhoed c.s., maar dit boek is de zeer terechte winnaar. Want Weggeman is er in geslaagd om een zeer leesbaar, leuk, aantrekkelijk, prikkelend boek te schrijven.
Dat hij daarbij de humor heeft een eerdere eigen titel min of meer te weerspreken maakt het alleen nog maar leuker.
Drie delen bevat het boek. Het eerste deel geeft een goede structuur weer waarin professionals werken en wat van invloed is op hun werk en de manier waarop aan hen leiding wordt gegeven. Wat mij daarbij opvalt is dat Weggeman de collectieve ambitie zo centraal stelt. Natuurlijk, we weten allemaal dat een visie belangrijk is maar dat juist in een collectieve ambitie de grootste drijfveer zit bij het wel of juist niet plezierig werken van professionals. Met als gevolg daarvan dat zij zich wel of juist niet laten leiden. Ook in mijn eigen leven blijkt iedere keer weer, als de collectieve ambitie ontbreekt, verlaat de professional het pand. Wellicht blijft hij/zij nog even zitten om z’n contract uit te dienen, maar veel goeds komt er niet meer uit. En dat is doodzonde. Heel recent nog van nabij meegemaakt: twee hipo’s (high potentials), net afgestudeerd en vol goede moed begonnen aan een baan. Beide ‘geknecht’ in een keurslijf van regels en procedures; beide binnen twee maanden weg en begonnen bij ondernemingen die wel een collectieve ambitie uitstraalden en ze daarin meenamen en enthousiasmeerden. Wat een zonde van het geld en de frustratie en de tijd en de spijt.
Door het eerste deel op te bouwen rond de kernwoorden Missie en visie (veel spannender is het reeds geïntroduceerde begrip collectieve ambitie), Strategie, Structuur, Systemen, Mensen en Managementstijl. Elk hoofdstuk bevat een goede onderbouwing van Weggemans stellingen. Een voorbeeld van zo’n stelling die goed de sfeer van het eerste deel weergeeft is de stelling bij hoofdstuk 3 Structuur; ‘Stimuleer grensoverschrijdende samenwerking door te gaan houden van vage en pluriforme structuren’.
Een dergelijke uitspraak lijkt in te gaan tegen elk idee over structuur. Immers structuren zijn niet vaag en pluriform. En toch komt Weggeman ermee weg. Aanstekelijk zijn de voorbeelden die de schrijver in zijn boek heeft opgenomen. Illustratief en losjes geschreven. Duidelijk maken wat je bedoelt aan de hand van praktijkvoorbeelden maakt boeken leesbaar en minder theoretisch.
In deel twee staat Innovatie centraal. De zes stellingen zijn prikkelend en worden afgesloten met een stelling waarin 19 regels waarmee een organisatie innovatievriendelijker kan worden ingericht. De lezer wordt vervolgens uitgedaagd een 20e regel zelf te bedenken en aan Weggeman in te sturen.
Een van de regels is om een kenniscentrum in te richten. In een subkopje wordt dan het volgende gesteld: Akademia was de naam van de studiegemeenschap van Plato, gelegen vlak buiten Athene. Het centrum had een kapel …, een park, een gym … . Het centrum werd in 529 door de MBA-achtige keizer Justinianus opgeheven. (Blz. 214) In dit kleine stukje wordt uitmuntend en humoristisch weergegeven wat de regel inhoudt en wat de gevolgen zullen zijn. Dat Weggeman niet van MBA-ers houdt, wordt meer dan overduidelijk…
Natuurlijk is er ook een derde deel. De achtergrondkennis. Het is heerlijk te lezen en jezelf als professional daarin te herkennen. Het is soms stevige kost maar echt boeiend en heel erg leerzaam. Want leren blijft altijd leuk.
Kortom een boek dat zeer terecht aantoont dat professionals uitstekend functioneren als ze worden uitgedaagd met een collectieve ambitie en waarbij leidinggeven even naar de achtergrond mag.
Een professional vertellen dat hij een boek MOET lezen heeft een averechts effect, een professional aanduiden dat er een hele mooie additionele kennisbron is, is wellicht effectiever om dit boek in iedere boekenkast te krijgen.